The Tao of Poeh revisited...
Deze zomer bevind ik me in een zee van - zelf gecreëerde - ruimte.
Althans, een voelbare ruimte.
Aanloop: al geruime tijd voel ik dat mijn lichaam weer niet tot diepe rust wil komen. Ondanks mijn pogingen om te ontspannen, stretchen, mediteren, in te keren blijft mijn lichaam in verzet.
Een dieper gelegen vastgezette spanning weerhoudt me om te vallen in mezelf.
Op een zomeravond in juni bevind ik me weer eens middenin een yogahouding (paschimottanasana)en in een flits realiseer ik me dat ik op dat moment bezig ben mezelf steeds verder te brengen dan waar ik ben. Dieper stretchen, intensere poses, leniger, krachtiger, meer, meer. In wezen doe ik mezelf steeds een klein beetje geweld aan. Op dat moment besluit ik radicaal te stoppen.
Twee maanden lang vakantie van iets willen doen en iets willen bereiken. Leegte toelaten. Is het makkelijk? Nee. Blijft er iets over? Ja. Ik ben eerder in mijn leven al vele malen een tijd gestopt met dingen doen., maar niet eerder zo radicaal gestopt met innerlijk doen. Het voelt als een opluchting en tegelijk spannend. Na een proces van verveling, zoeken, me alleen voelen, niet-weten, verwarring en nog zo wat dingen voel ik iets wonderbaarlijks in mezelf.
Heel voorzichtig merk ik dat ontspanning in mijn lichaam bezig is te gebeuren, buiten mijn wil om. In mezelf is een ruimte ontstaan, waarin mijn lichaam kan rusten. Ik voel die ruimte ook echt en ervaar het als een zegening. Een eindeloze zee van ruimte en tijd waarin ik richtingloos meedobber met wat in me opkomt.
Ik ben weer begonnen met yoga. Vanuit de ruimte in mezelf is hoe 'ver' ik ook kom ver genoeg. Met een brede glimlach pak ik 'de Tao van Poeh' er ook weer bij.
Poeh Bear, ik heb je gemist!
Reacties
Een reactie posten