"Loneliness is a state, marked by a sense of isolation. One feels that something is missing. It is possible to be with people and still feel lonely—perhaps the most bitter form of loneliness.
Solitude is the state of being alone without being lonely. It is a constructive state of engagement with oneself. Solitude is desirable, a state of being alone where you provide yourself wonderful and sufficient company".
~ Psychology Today
Als ik zo'n jaar of 12 ben lees ik het boek 'Alleen op de wereld' van Hector Malot. Wie kent 'Alleen op de wereld' niet? Wij hebben thuis een versie met op de kaft een afbeelding van hoofdpersoon Remi. Hij draagt stoer een harp om zijn schouder. Naast hem een hondje dat blij rond zijn voeten danst. Het beeld geeft me een licht gevoel, avontuurlijk.
Maar de inhoud is niet zo avontuurlijk. Remi is namelijk alleen, alleen op de wereld, nou ja naast de hond dan. En alleen, is niet fijn. Althans, niet toen ik 12 was. Het verhaal kan ik nu niet meer navertellen maar ik herinner me nog wel het gevoel tijdens het lezen.
Een onbestemde druk in mijn maag en een enorme angst. Ik dacht 'verlaten worden door mijn ouders en er helemaal alleen voor te staan, als mij dit maar nooit overkomt'.
Af en toe kom ik het boek tegen op de kinderboekenafdeling van de Bijenkorf. Dan staat Remi afgebeeld in zijn eentje met een traan rollend uit zijn rechterooghoek. Of samen met Vitalis, de man die hem onder zijn hoede nam en met nu een aapje dansend op zijn schouder. Ik glimlach dan even naar Remi want hij en ik, we hebben iets gemeen. Heel geregeld namelijk voel ik me een beetje Remi. En vandaag zelfs een beetje veel.
Het woord alleen al, Re-mi, maakt dat onbestemde gevoel in mijn maag wakker. Nu weet ik dat het een oergevoel is, alleen en verlaten zijn, zonder liefde, zonder thuis, onderweg naar, ja waarnaar eigenlijk? Ik kan er niks anders van maken, vandaag is het zo.
(...)
Ik heb ruzie gehad, of eerder een meningsverschil. Zij en ik, we houden van elkaar, maar ach soms komt er een kink in de kabel. En dan zijn er daar in een telefoongesprek die nare woorden en dat killere stemgeluid en hangen we met onenigheid op. Eerst merk ik het niet zo, dan houd ik me groot. Ik maak mijn werk af en kook mijn eten.
Dan ineens krijg ik een stomp in mijn maag. Ik zit tegen de verwarming, heb mijn bord op schoot en de kat naast me en zie mezelf ineens zitten zo tegen de verwarming aan, met mijn bord op schoot en de kat naast me. Dan zie ik Remi voor me. Ach die arme Remi. Ach arme ik. Ja we zijn hetzelfde. Nu. Er is niemand, behalve ikzelf. En de kat. Goddank heb ik een huis, want stel je voor....
Mijn eten laat ik koud worden, en de kat druk ik stevig tegen me aan. Te stevig want ze klauwt haar nagels in mijn knie en worstelt om los te komen. Met een wilde blik in haar ogen keert ze me de rug toe. Alles in mij stribbelt tegen om niet in tranen uit te barsten, waar maak ik me druk over, het komt wel weer goed. Toch? Ik trek de kat aan haar staart om haar over te halen weer op schoot te komen zitten. Ze rent de kamer uit. Ik voel een dikke traan in mijn rechterooghoek. Damn!
Hoe loopt het verhaal van Remi ook al weer af? Hij gaat niet dood, maar hij trouwt en .... wordt hij toch nog gelukkig? Waar is die harp eigenlijk gebleven? Dat hondje?
Pling! Ik krijg een appje.
"Welterusten mop".
Zucht, ik zet een nummer op van Billy Holiday, pak mijn bord en neem een hap van mijn koude pasta. En zowaar de kat laat zich weer zien en nestelt zich na een paar keer rond haar as gedraaid te hebben naast me.
Met volle mond zing ik mee met Billy. In my sooooooo-li-tuuuuuude .....
Reacties
Een reactie posten